Elk jaar, wanneer het bladgroen langzaam uit de bomen verdwijnt, de wind richting guur draait en ook de neuzen beginnen te lopen, weerklinkt er in mijn hoofd de lokroep van de Kempen. Ka-Kaa, doet de kemphaan dan, ka-Kaastel, en dan weet ik dat het weer tijd is voor de marathon van Kasterlee. Mijn allereerste marathon 3 jaar geleden en mijn 4de deelname ondertussen. Ondanks drukke verbouwingsweken heb ik het gevoel toch redelijk te hebben kunnen trainen. Laat maar komen dus. Dat persoonlijk record van vorig jaar (02u59) gaat eraan! Het blijft natuurlijk wel een schizofreen beestje daar in Kasterlee. De wedstrijd fungeert een beetje als barometer voor mij: ben ik met al dat geloop eigenlijk wel sneller geworden? Werkt mijn training nog naar behoren? Ik wil er dan ook steevast voor een snelle tijd gaan. Bovendien loop ik vaak maar eens per jaar de traditionele marathonafstand, dus als ik mijn tijd scherper wil stellen moet het hier wel gebeuren. Langs de andere kant is het natuurlijk een marathon die voor 80% op onverharde bospaden loopt, in het midden van november, wat zelden tot ideale omstandigheden lijdt om consistente toptijden te lopen natuurlijk. Ik neem me voor aan een tempo richting 2u50 te starten en te zien wat de ondergrond onderweg verder zal toelaten. Veel bekend volk aan de start, ook bij de deelnemers aan de halve marathon die samen met de marathon vertrekken. Zij doen 1 rondje, wij doen er 2. De eerste 10 km verlopen redelijk relax met goed beloopbare stukken in het zog van tempomaker Jurgen die de halve doet vandaag. Het tweede deel van de ronde is echter zwaarder, wat zandwegen die slecht liggen, wat vals-platte boswegeltjes, de hoge Riel. Achteraf gezien heb ik hier te hardnekkig willen vasthouden aan dat tempo, maar goed, no spoilers. Ik houd met Jurgen en 3e musketier Joris Jacobs dus het beoogde tempo en we maken ons keerpunt in Kasterlee op 1u24, perfect op snee. Met de twee aangename alliteraties die de marathon lopen beginnen we aan ronde 2. Het makkelijkere stuk komt er nu weer aan en ik voel met nog steeds goed. Onderweg vernemen we dat we 5de en 6de hangen. Verdorie, er wordt toch wel snel gelopen dit jaar, maar in de verte zien we nummer 4 langzaam maar zeker terrein verliezen.
Met enige frustratie worstel ik mezelf door de laatste kilometers en over de streep in 2u55 als 6de. Nog steeds een persoonlijk record waar ik zeker tevreden over mag zijn. Ik mag natuurlijk niet vergeten van waar ik kom. 3 jaar geleden liep ik hier drie kwartier trager dan vandaag. In feite, als ik zo blijf progressie maken kan ik me tegen 2020 zelfs kwalificeren voor de olympische spelen en datzelfde jaar nog het wereldrecord breken, zoals duidelijk blijkt uit bijgevoegde analyse. Tokyo here I come, ik kijk er nu al naar uit! Misschien moet ik volgend jaar toch maar eens echt werk maken van een snelle wegmarathon zodat ik kan stoppen met me afvragen wat er onder de ideale omstandigheden, als zoiets al zou bestaan, zou inzitten. Maar ja, ik wil ook zeker een paar 100+ km trails in de bergen doen, maar zeker ook een respectabele 10 km tijd op de tabellen zetten. Met de traagheid van de trail-loper uren door de natuur hossen maar ook op quasi topsnelheid mijn 5 km tijd scherper stellen… Een beetje schizofreen van mij, zoals die marathon in Kasterlee…
|
Author(ultra-)lopende-gitaar-spelende vegetariër Archives
April 2023
Categories |